Gisteren hadden we gelukkig weer een bestuurlijk overleg met onze wethouders en ambtenaren. Vorig jaar was er door allerlei oorzaken maar één keer een overleg geweest, terwijl we dat graag minimaal twee keer per jaar doen. Met alle wethouders en ambtenaren om tafel om met elkaar van gedachten te wisselen. Elkaar op de hoogte te houden en wij als bibliotheek geven dan graag wat doorkijkjes naar de toekomst.
Gisteren hebben we een presentatie gegeven over wat de bibliotheek kan doen op het gebied van bestrijding laaggeletterdheid. Deze presentatie hebben we wel eerder gehouden, maar het is belangrijk om hem keer op keer te herhalen. De cijfers liegen er natuurlijk niet om, en dan zie je dat wethouders er toch elke keer weer van schrikken. 1,5 miljoen laaggeletterden in Nederland, 25 % van de leerlingen verlaten het basisonderwijs met 2,5 jaar leesachterstand. En wat mooi dat wij daar als bibliotheek een belangrijke rol in willen en kunnen spelen om dat probleem met samenwerkingspartners aan te pakken. Langdurig, structureel, samen.
Als je dan vervolgens vraagt hoe de verschillende gemeenten/wethouders daar in staan, zie je wel verschillen. De één is zeer bereid daar in te investeren, vindt het een belangrijke taak van de bibliotheek. Deze wethouder wil graag met zijn collega van Onderwijs, met de schoolbesturen en de bibliotheek om tafel om te kijken of en hoe we dit naar de toekomst vorm gaan geven. En daar word ik natuurlijk blij van, van zo'n voortvarende wethouder met een gedreven opstelling.
De ander zegt het belangrijk te vinden, maar wil ook zeker bibliotheekwerk voor ouderen overeind houden. Dat is mooi. Want dat willen wij ook. En deze wethouder geeft aan in het kader van de bezuinigingen zeker goed naar de meest kwetsbare doelgroepen te willen kijken. En dat de rol die de bibliotheek heeft in de toekomst te maken heeft met de leesvaardigheid en met de informatievaardigheden. Dat biedt ook kansen. Want wij vinden informatievoorziening een belangrijke taak van de bibliotheek, juist in het digitale tijdperk.
Eén gemeente zegt dat de bibliotheek een belangrijke basisvoorziening is, en dat het goed is om te kijken hoe we zoveel mogelijk resultaat kunnen behalen op het terugdringen van taalachterstanden. Ook mooi, dat geeft gespreksstof voor de toekomst.
En één gemeente zegt dat dienstverlening aan het onderwijs prima is, goed om de laaggeletterdheid aan te willen pakken. Maar dat de scholen daar ook iets aan bij moeten dragen. Want dat die nu het bijna 'om niet' krijgen. Dat biedt ook genoeg gelegenheid tot gesprek. Want waar leg je de lasten neer van de structurele aanpak. En waar komen de lasten te liggen als je er niet structureel in investeert....? En zet je dan in op preventie, op het geven van kansen.... of ga je aan symptoombestrijding doen?
Eén van de mooiste uitspraken van het overleg vond ik dat alle vier de gemeenten uitspraken dat de regionale samenwerking die op andere beleidsterreinen in gemeenschappelijk regelingen wordt vorm gegeven, ook afgespiegeld kan worden op de bibliotheek. Dat er niet zo maar bezuinigd kan worden en verwacht kan worden dat de rest het dan wel opvangt. Dat je dat in regionaal overleg tussen de wethouders moet zien op te lossen.
Al met al een vruchtbaar overleg dat zijn vervolg zal hebben in lokale overleggen en in het najaar weer met alle vier de gemeenten om tafel. Een nieuwe datum is gelukkig al geprikt!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten