Vandaag had ik in deze rustige periode voorgenomen iets af te strepen van mijn 'things to do' lijstje. Daar stond op het vertalen van de kernfunctie/kerndienst met producten uit het Handboek Bibliotheekvernieuwing, verdieping 2006 op oorspronkelijk voorstel 2003. (voor degene die het wil nazoeken, map 2 vanaf pagina 97 ;-) Waarom stond dat op mijn lijstje? Want een goed lezer van mijn blog weet dat wij de behoeftepiramide gebruiken als wij praten over onze dienstverlening. Uitgaande van de behoefte, de reden waarom een burger naar de bibliotheek komt (zonder dat die persoon dat zelf persé zo zou verwoorden), en welk maatschappelijk belang daarmee is gediend.
Reden was dat een ambtenaar van een ons subsidiërende gemeente mij gevraagd had of ik toch niet veel duidelijker kon maken wat wij nou precies doen. En toen kwam ze dus met dit lijstje. Deze ambtenaar was destijds heel nauw betrokken geweest bij het hele proces van bibliotheekvernieuwing maar later meer op afstand van het 'dossier bibliotheek' komen te staan. Ze had de hele discussie met wethouders en raad gemist, en voor haar was dit nieuw.
Dus ben ik er mee aan de slag gegaan. Alle kernfuncties en diensten terug vertaald naar de behoeftepiramide. En als je dan naar zo'n document kijkt uit 2006 zie je dat de wereld niet heeft stil gestaan, en op een aantal vlakken heel erg stil heeft gestaan. Want Al@din wat genoemd wordt als een product is allang ter ziele en wordt hopelijk nu opgevolgd door @Bibliotheek. Landelijk lenen, lokaal leveren.... we doen het natuurlijk allemaal, maar zitten we niet ongelooflijk te wachten op de NBC?
Verder valt het me erg op dat het model zoals het er staat vervolgens echt een soort productbegroting wordt, met toerekenen van uren, vierkante meters, collectie, netwerk, kosten en baten. Samenhang van zaken wordt niet genoemd. Dat het nogal lastig is om aan leesbevorderingsprojecten te doen zonder dat je een collectie hebt, dat raadplegen van een collectie niet gaat als je niet ook een collectie hebt om uit te lenen, of media-educatie te doen zonder pc's, dat staat er niet in. Als ik naar de kernfuncties kijk: Kennis en informatie, Ontwikkeling en Educatie, Kunst en Cultuur, Lezen en Literatuur en Ontmoeting en Debat zie ik er een aanbodgericht denken in terug, en vanuit de gemeenten de wens om een boodschappenlijst aan te kunnen vinken, dit wel dit niet. Weinig ruimte voor nieuwe zaken. Lastig. Ik merk dat ik zelfs een beetje geïrriteerd raak als ik het lijstje bekijk. Want welke maatschappelijke taak ligt er achter verscholen? Welke visie hadden de opstellers nou voor ogen, en zouden ze het nu ook nog zo opschrijven? We zijn tenslotte ook 10 jaar verder na de bibliotheekvernieuwing, en 7 jaar na de update van het Handboek.
Per functie zou je als gemeente dan ook nog voor speerpunten kunnen kiezen. Bij Ontwikkeling en Educatie wordt daar o.a. genoemd een structureel programma voor bestrijding onderwijsachterstanden. Daarvan zeggen wij als bibliotheek dat dat één van je basistaken is en moet zijn! Niks keuzemogelijkheid. Dat moet je doen, en dat moet je wat mij betreft ook als gemeente willen.
Zo kan ik nog wel meer voorbeelden opnoemen, waar wij er inmiddels anders naar kijken. Bij Ontmoeting en Debat wordt bijvoorbeeld genoemd het beschikbaar stellen van ruimte voor activiteiten van andere organisaties en het bieden van een platform voor maatschappelijk debat. Wij scharen beide 'producten' bij ons onder het kopje "Bijdragen". We zien de bibliotheek als podium voor mensen die iets willen bijdragen aan de maatschappij. Om hun kennis over te dragen. De bibliotheek faciliteert dat, zoekt het op en biedt actief dat podium aan. We organiseren in ons eentje zelden meer iets. Zoeken altijd naar samenwerkingspartners, co-creërders van kennis en wijsheid (om in de termen van David Lankes te praten).
Wat ik als een groot voordeel van ons model ervaar is dat met name de medewerkers die bezig zijn met producten te (door)ontwikkelen een focus te geven. Welke maatschappelijke, burgerbehoefte beantwoord ik hiermee. Wij hebben als Kennemerwaard gezegd dat wij ons met name willen richten op mensen helpen zelfredzaam te zijn, en mensen het podium willen bieden om iets aan de maatschappij bij te kunnen dragen. En bij dat laatste zoeken we naar de mogelijkheid dat die bijdrage dan weer in onze behoeftepiramide valt van zelfredzaamheid, deelnemen of ontwikkelen. Dat geeft richting, en je merkt dat medewerkers gaande weg het proces meer kijk krijgen op de maatschappelijke taak die we hebben. Natuurlijk hoor ik hier ook wel eens dat het fijn is als we meer uitleningen hebben gedraaid, maar steeds vaker hoor ik het aantal bezoekers bij een lezing, een activiteit, hoe veel zekerder cursisten zich voelen op internet en sociale media na het volgen van 7Dingen. Dan heb je een beter argument waarom er belastingsgeld naar de bibliotheek gaat.
Ik hoop dat de exercitie die ik heb gedaan door de kerndiensten in onze behoeftepiramide te plaatsen onze ambtenaar helpt ons denk proces te begrijpen. Ik voelde het als een stap terug in denken. Overigens zij zei tegen mij in dat gesprek: "Jullie zijn toch de enige die er mee werken? Zijn jullie zo eigenwijs?" Waarop ik volmondig JA! zei en trots ook! Wij denken verder. Overigens is dit een ambtenaar die mij ook vroeg of ik kon aangeven hoe wij het doen ten opzichte van andere bibliotheken, of wij voorop lopen of niet. Ze had namelijk de indruk dat we goed bezig zijn met vernieuwing en ze wil die trots die ze daar zelf bij voelt (onze bieb!) ook graag kunnen overbrengen aan de wethouder en raadsleden. Voor zo'n ambtenaar doe ik graag zo'n 'terug naar af' en dan weer moedig voorwaarts exercitie!
woensdag 31 juli 2013
dinsdag 30 juli 2013
Masterclass New Librarianship David Lankes, deel 2
Ik ben nog steeds met module 1 bezig, ik heb nu de lessen bekeken over Knowledge Creation. Ook weer veel om over na te denken. Lankes zegt dat je naar informatie op vier niveau's kunt kijken, in een soort piramide. Ik denk dat het verschil tussen de lagen duidelijk is, bij elke trede wordt er iets toegevoegd aan de eerdere trap. Bij de trede van 'wijsheid' geeft Lankes nog als toevoeging dat het ook als 'actie' kan worden omschreven. Wat doe je met de kennis die je hebt, hoe kun je die inzetten om iets aan een situatie te veranderen.
Lankes vertelt vervolgens nogmaals dat kennis ontstaat door conversatie. Ook daarin vier elementen: de converseerders/gesprekspartners, de taal die je gebruikt, de overeenstemming (of niet) (of je het er mee eens bent), en de herinnering (aan wat je hebt geleerd, welke overeenstemming heb je daar voor je zelf in gevonden).
En Lankes komt ook nog met een verklaring over de reden waarom je wilt leren, hoe dat gedreven is: intrinsiek of extrinsiek. Volgens Lankes is de reden waarom mensen naar de bibliotheek gaan, vaak extrinsiek gedreven. Je krijgt een opdracht van een leerkracht, van school, van een werkgever of van de overheid (denk dan aan taalcursussen voor inburgeraars). Ik denk zelf dat met name in openbare bibliotheken mensen ook vaak komen omdat ze intrinsiek gemotiveerd zijn. Vanuit een eigen behoefte om te willen leren. En ik denk dat veel mensen het vaak niet eens zo omschrijven. Als je de gemiddelde bibliotheekklant vraagt waarom hij/zij komt dan is het antwoord vaak: om een boek te lenen om te kunnen lezen voor mijn plezier. En dan weg kunnen dromen naar een andere wereld. Dat zo iemand ondertussen zijn/haar leesvaardigheid op peil houdt, aan zelfontwikkeling doet zal in hem/haar niet opkomen. Dat noem ik dan maar gelukkige bijvangst ;-) Overigens denk ik dat de strikte scheiding tussen extrintriek en intrinsiek gedreven als het om leren gaat vaak niet zo strikt is te maken. Ik kan mij uit mijn middelbare schooltijd, bibliotheekacademietijd en MBA herinneren dat het een mix was. Je kon foeteren op een leerkracht of docent als je iets moeilijk vond, en dan voelde het alsof je het voor de leraar moest doen. Als je dan de stof onder de knie had, en je er mee aan de slag kon dan voelde het als een overwinning. Aardigheid en vaardigheid gaan vaak hand in hand. Als je iets leuk vindt ben je er vaak ook goed in en vice versa.
Lankes zegt vervolgens in zijn lessen dat een bibliothecaris er niet is om mensen te helpen informatie te vinden, hij is er om mensen te leren leren. Het gaat er niet om de data en informatie op de juiste manier op te slaan en te ontsluiten (overigens ook belangrijk), maar om te zorgen dat hij wordt gebruikt, en dat het de passende informatie is voor die persoon. Dus moet je checken of de persoon ook daadwerkelijk geholpen is met datgene dat je hem/haar hebt aangereikt. Of heeft deze persoon daar hulp bij nodig, en kun jij die dan geven als bibliothecaris of moet je hem/haar in contact brengen met iemand uit jouw netwerk die dat wel kan. De vraag die dat bij mij oproept is of je niet eerst met elkaar naar de 'juiste' vraag op zoek moet gaan. Wat wil je leren? Wat wil je met elkaar bereiken? En hoe ga je dat doen? Daarvoor is het hebben van een (licht) filosofische blik, een goede vraagtechniek essentieel. Leer mensen, de gemeenschap waarvoor je werkt, hun leervraag te formuleren.
De manier van kijken van Lankes gaat veel verder dan het adagium dat voor zover ik weet in veel Nederlandse bibliotheken opgeld doet. Namelijk, wij gaan uit van een zekere mate van zelfredzaamheid van de klant/burger. Natuurlijk zijn we bereid om mensen die hun weg niet kunnen vinden te helpen, maar we gaan mensen niet aan de hand nemen van a tot z. Ik denk in alle eerlijkheid dat we in veel gevallen ook niet in staat zijn om die hulp te bieden. Niet zelf, maar misschien wel via ons netwerk. Daar zijn we wel sterk in, al maken we daar denk ik veel te weinig gebruik van.
Lankes zegt dus dat je als bibliotheek de gemeenschap waarvoor en waarin je werkt moet helpen zichzelf te verbeteren. Dat is nogal een missie. Ik vraag me af of je die rol zou moeten willen, en of je hem gegund zou worden. Wat ik me kan voorstellen is dat je op zoek gaat naar het faciliteren van kennisoverdracht. Dat gebeurt volgens mij al wel. Zeker in andere bibliotheken en ook in onze eigen bibliotheek . Daar hanteren we onze onvolprezen behoeftepiramide voor, waarbij we in de bovenste trede van de piramide heel erg op zoek zijn naar mensen die hun kennis willen inzetten ten behoeve van de drie andere tredes. Ik noem uit onze eigen praktijk: Transition Town in Castricum, ontstaan uit het Groen Informatie Platform maakt een groep inwoners gebruik van het platform dat de bibliotheek hen biedt om maandelijks een informatie- en discussieavond te organiseren rondom het thema duurzaamheid; de Canon van Akersloot waar de leden van de Historische Vereniging samen met de bibliotheek een canon hebben ontwikkeld onder andere voor het basisonderwijs over de plaatselijke geschiedenis; De Ochtenden ontstaan in Egmond, waar lokale ondernemers of anderszins opvallende personen hun kennis en ervaring over hun vakgebied delen met andere inwoners van het dorp. En zo kan ik nog wel meer voorbeelden noemen. Het is in sommige gevallen ontstaan doordat er een vraag vanuit de gemeenschap kwam, en in andere gevallen doordat een bibliothecaris een lumineus idee kreeg en met lokale partijen in gesprek ging, wetende dat er een publiek voor zou zijn. Dat is niet echt in gesprek gaan zoals Lankes voor ogen heeft, maar wel goed luisteren naar wat er in je gemeenschap leeft.
Als je naar de Nieuwe Bibliothecaris van Lankes toe wilt groeien, naar die rol, dan kan ik mij voorstellen dat je dat stapsgewijs doet. Want het vergt nogal wat van jou als bibliothecaris, als organisatie. Je moet je zelf echt anders gaan positioneren. En lukt je dat in één keer, of moet je vingeroefeningen doen op de manier waarop we daar in Kennemerwaard mee werken in de behoeftepiramide? Is de stap naar een leren leren organisatie (iets anders dan een lerende organisatie) niet veel te groot om in één keer te maken?
Lankes vertelt vervolgens nogmaals dat kennis ontstaat door conversatie. Ook daarin vier elementen: de converseerders/gesprekspartners, de taal die je gebruikt, de overeenstemming (of niet) (of je het er mee eens bent), en de herinnering (aan wat je hebt geleerd, welke overeenstemming heb je daar voor je zelf in gevonden).
En Lankes komt ook nog met een verklaring over de reden waarom je wilt leren, hoe dat gedreven is: intrinsiek of extrinsiek. Volgens Lankes is de reden waarom mensen naar de bibliotheek gaan, vaak extrinsiek gedreven. Je krijgt een opdracht van een leerkracht, van school, van een werkgever of van de overheid (denk dan aan taalcursussen voor inburgeraars). Ik denk zelf dat met name in openbare bibliotheken mensen ook vaak komen omdat ze intrinsiek gemotiveerd zijn. Vanuit een eigen behoefte om te willen leren. En ik denk dat veel mensen het vaak niet eens zo omschrijven. Als je de gemiddelde bibliotheekklant vraagt waarom hij/zij komt dan is het antwoord vaak: om een boek te lenen om te kunnen lezen voor mijn plezier. En dan weg kunnen dromen naar een andere wereld. Dat zo iemand ondertussen zijn/haar leesvaardigheid op peil houdt, aan zelfontwikkeling doet zal in hem/haar niet opkomen. Dat noem ik dan maar gelukkige bijvangst ;-) Overigens denk ik dat de strikte scheiding tussen extrintriek en intrinsiek gedreven als het om leren gaat vaak niet zo strikt is te maken. Ik kan mij uit mijn middelbare schooltijd, bibliotheekacademietijd en MBA herinneren dat het een mix was. Je kon foeteren op een leerkracht of docent als je iets moeilijk vond, en dan voelde het alsof je het voor de leraar moest doen. Als je dan de stof onder de knie had, en je er mee aan de slag kon dan voelde het als een overwinning. Aardigheid en vaardigheid gaan vaak hand in hand. Als je iets leuk vindt ben je er vaak ook goed in en vice versa.
Lankes zegt vervolgens in zijn lessen dat een bibliothecaris er niet is om mensen te helpen informatie te vinden, hij is er om mensen te leren leren. Het gaat er niet om de data en informatie op de juiste manier op te slaan en te ontsluiten (overigens ook belangrijk), maar om te zorgen dat hij wordt gebruikt, en dat het de passende informatie is voor die persoon. Dus moet je checken of de persoon ook daadwerkelijk geholpen is met datgene dat je hem/haar hebt aangereikt. Of heeft deze persoon daar hulp bij nodig, en kun jij die dan geven als bibliothecaris of moet je hem/haar in contact brengen met iemand uit jouw netwerk die dat wel kan. De vraag die dat bij mij oproept is of je niet eerst met elkaar naar de 'juiste' vraag op zoek moet gaan. Wat wil je leren? Wat wil je met elkaar bereiken? En hoe ga je dat doen? Daarvoor is het hebben van een (licht) filosofische blik, een goede vraagtechniek essentieel. Leer mensen, de gemeenschap waarvoor je werkt, hun leervraag te formuleren.
De manier van kijken van Lankes gaat veel verder dan het adagium dat voor zover ik weet in veel Nederlandse bibliotheken opgeld doet. Namelijk, wij gaan uit van een zekere mate van zelfredzaamheid van de klant/burger. Natuurlijk zijn we bereid om mensen die hun weg niet kunnen vinden te helpen, maar we gaan mensen niet aan de hand nemen van a tot z. Ik denk in alle eerlijkheid dat we in veel gevallen ook niet in staat zijn om die hulp te bieden. Niet zelf, maar misschien wel via ons netwerk. Daar zijn we wel sterk in, al maken we daar denk ik veel te weinig gebruik van.
Lankes zegt dus dat je als bibliotheek de gemeenschap waarvoor en waarin je werkt moet helpen zichzelf te verbeteren. Dat is nogal een missie. Ik vraag me af of je die rol zou moeten willen, en of je hem gegund zou worden. Wat ik me kan voorstellen is dat je op zoek gaat naar het faciliteren van kennisoverdracht. Dat gebeurt volgens mij al wel. Zeker in andere bibliotheken en ook in onze eigen bibliotheek . Daar hanteren we onze onvolprezen behoeftepiramide voor, waarbij we in de bovenste trede van de piramide heel erg op zoek zijn naar mensen die hun kennis willen inzetten ten behoeve van de drie andere tredes. Ik noem uit onze eigen praktijk: Transition Town in Castricum, ontstaan uit het Groen Informatie Platform maakt een groep inwoners gebruik van het platform dat de bibliotheek hen biedt om maandelijks een informatie- en discussieavond te organiseren rondom het thema duurzaamheid; de Canon van Akersloot waar de leden van de Historische Vereniging samen met de bibliotheek een canon hebben ontwikkeld onder andere voor het basisonderwijs over de plaatselijke geschiedenis; De Ochtenden ontstaan in Egmond, waar lokale ondernemers of anderszins opvallende personen hun kennis en ervaring over hun vakgebied delen met andere inwoners van het dorp. En zo kan ik nog wel meer voorbeelden noemen. Het is in sommige gevallen ontstaan doordat er een vraag vanuit de gemeenschap kwam, en in andere gevallen doordat een bibliothecaris een lumineus idee kreeg en met lokale partijen in gesprek ging, wetende dat er een publiek voor zou zijn. Dat is niet echt in gesprek gaan zoals Lankes voor ogen heeft, maar wel goed luisteren naar wat er in je gemeenschap leeft.
Als je naar de Nieuwe Bibliothecaris van Lankes toe wilt groeien, naar die rol, dan kan ik mij voorstellen dat je dat stapsgewijs doet. Want het vergt nogal wat van jou als bibliothecaris, als organisatie. Je moet je zelf echt anders gaan positioneren. En lukt je dat in één keer, of moet je vingeroefeningen doen op de manier waarop we daar in Kennemerwaard mee werken in de behoeftepiramide? Is de stap naar een leren leren organisatie (iets anders dan een lerende organisatie) niet veel te groot om in één keer te maken?
maandag 29 juli 2013
Masterclass New Librarianship van David Lankes, deel 1
Getipt door de blog van Jeanine Deckers ben ik begonnen met het volgen van de films en teksten van David Lankes in zijn Masterclass New Librarianship. Ik weet niet of ik het helemaal ga afmaken, maar ik ga in ieder geval tijdens de rustiger zomermaanden een poging doen, een soort summerschool ;-) Ik zal er af en toe over proberen te bloggen, om jullie deelgenoot te maken van welke overdenkingen er bij me opkomen naar aanleiding van de gelezen stukken en/of bekeken films.
Lankes begint in zijn boek "The Atlas of New Librarianship" te zeggen dat zijn Atlas niet een verzameling is van verzamelde feiten, maar meer een weefwerk van persoonlijke waarheden en de relatie die ze tot elkaar hebben (de context). Dat vind ik wel belangrijk om te melden, het feit dat hij zelf zegt dat het zijn waarheden zijn, en daarna begint het grote 'zendingsverhaal'. Waar op zich niks mee is, ik herken die zendingsdrang ten aanzien van de bibliotheek wel.
Het eerste blok van de cursus gaat over de Missie van bibliothecarissen. Volgens Lankes is de missie van bibliothecarissen is de maatschappij te verbeteren door kenniscreatie te faciliteren in hun (leef)omgeving. Hij zegt daarbij dat kennis ontstaat door conversatie. Met mensen, of doordat je met jezelf praat. Daarmee bedoelt hij dat ook als je een boek leest, een lezing volgt en je niet met anderen praat, je toch met jezelf in gesprek bent. Je vraagt je dan namelijk af of iets klopt wat je hebt gelezen of gehoord, of je het er mee eens bent, of je op het idee verder kunt bouwen.
Met name op het gebied van creëren van kennis vindt Lankes dat je klanten van de bibliotheek niet als klant mag benaderen, niet als lid, niet als burger. Zij zijn mede-eigenaar en mede- verantwoordelijk voor hoe de bibliotheek van de toekomst er uit moet zien qua dienstverlening.
Gedurende de twee films die ik nu heb gezien komen bij mij steeds beelden op van de coöperatiewinkel die ik in New York zag. Een winkel opgezet door buurtbewoners, die tegen een betaalbare prijs lokaal geproduceerde producten wilden kunnen kopen. Zij zetten een coöperatie op, waarbij er contact werd gelegd met de boeren uit de omgeving, en zij bemensen zelf de supermarkt. Het voedsel dat je er kunt kopen is veel goedkoper en verser dan in de grote supermarkten. Maar je moet lid zijn, en dus ook taken verrichten in de supermarkt. Dus een dagdeel af en toe de schappen vullen, want er is geen (of nauwelijks) betaald personeel. Dat betekent dat je het met elkaar moet doen, en dat je dus op elkaar moet kunnen rekenen. Kennis van de buurt en van je buren ;-)
Nu neem ik aan dat Lankes niet pleit voor het ontslaan van bibliotheekpersoneel. Hij pleit er voor om de bibliothecaris meer in te zetten als een moderator, iemand die de gemeenschap helpt om hun toekomst te omschrijven en hem vervolgens waar te maken. Dat gaat nog weer een stap verder dan het model van Albert Boswijk die in een groeimodel de rol van de bibliothecaris ziet als die van een filosoof. Boswijk pleit voor de ontwikkeling van een aanbodgerichte bibliotheek naar een dialoog gerichte bibliotheek. De ideeën van beide heren schurken tot op zere hoogte wel tegen elkaar aan. In het model van Boswijk houdt het misschien wel op met de bibliothecaris die zijn omgeving, bezoekers van de bibliotheek leert goede vragen te stellen, vragen waarmee je voor je zelf op zoek kunt gaan naar het voor jou passende antwoord.
Lankes ziet een actieve rol voor de bibliothecaris in een gemeenschap. De bibliothecaris bespreekt met de omgeving hoe de toekomst er uit gaat zien. En als bibliothecaris zorg je er voor dat de 'community' toegerust is tot het vormen van de toekomst. Door samen aan de slag te gaan, met elkaar te praten en nieuwe kennis op te bouwen. Dat is dan toch een vorm van cooperatie, en zou je dat zo kunnen doen als bibliotheek?
Er zijn denk ik geen bibliotheken die hier op deze manier al mee aan de slag zijn. Ik ken wel enkele (kleine) initiatieven, maar die zijn niet zozeer op deze missie gestoeld. Zo zijn we in onze eigen bibliotheek met "100 talenten" bezig, waarbij we kinderen vragen wat ze zouden willen leren. En vanuit die leervraag op zoek gaan naar hoe dat het beste geleerd kan worden. We hebben in Kennemerwaard afgesproken dat we niet alle folders en posters die ons worden aangereikt meer neerleggen of ophangen. We willen heel graag een podium bieden aan wat mensen voor kennis in huis hebben. Maar om voortdurend op pad te gaan, en mensen/sprekers binnen te halen kost veel tijd en energie. Naast de al lopende samenwerking met o.a. spreekuren voor advocaten, lezingen met Historische Verenigingen, computercursussen met het Gilde, medialab cursussen met het Centrum voor de Kunsten vragen we nu aan mensen die bij ons folders willen neerleggen of ze bereid zijn tot een tegenprestatie. Namelijk het geven van een korte lezing of workshop over hun cursussen en zo dus hun kennis delen. Dat willen de meeste namelijk best wel, en zo delen ze ook al hun kennis met bezoekers van de bibliotheek, en zijn ze medeverantwoordelijk geworden voor onze programmering. Het zijn kleine voorbeelden, maar ze zijn niet gestoeld op een missie die maar enigszins lijkt op die van Lankes. Volgend jaar gaan we bezig met een nieuw beleidsplan, met een nieuwe missie... ik ben benieuwd of het maar enigszins gaat lijken op die van Lankes ;-)
Lankes begint in zijn boek "The Atlas of New Librarianship" te zeggen dat zijn Atlas niet een verzameling is van verzamelde feiten, maar meer een weefwerk van persoonlijke waarheden en de relatie die ze tot elkaar hebben (de context). Dat vind ik wel belangrijk om te melden, het feit dat hij zelf zegt dat het zijn waarheden zijn, en daarna begint het grote 'zendingsverhaal'. Waar op zich niks mee is, ik herken die zendingsdrang ten aanzien van de bibliotheek wel.
Het eerste blok van de cursus gaat over de Missie van bibliothecarissen. Volgens Lankes is de missie van bibliothecarissen is de maatschappij te verbeteren door kenniscreatie te faciliteren in hun (leef)omgeving. Hij zegt daarbij dat kennis ontstaat door conversatie. Met mensen, of doordat je met jezelf praat. Daarmee bedoelt hij dat ook als je een boek leest, een lezing volgt en je niet met anderen praat, je toch met jezelf in gesprek bent. Je vraagt je dan namelijk af of iets klopt wat je hebt gelezen of gehoord, of je het er mee eens bent, of je op het idee verder kunt bouwen.
Met name op het gebied van creëren van kennis vindt Lankes dat je klanten van de bibliotheek niet als klant mag benaderen, niet als lid, niet als burger. Zij zijn mede-eigenaar en mede- verantwoordelijk voor hoe de bibliotheek van de toekomst er uit moet zien qua dienstverlening.
Gedurende de twee films die ik nu heb gezien komen bij mij steeds beelden op van de coöperatiewinkel die ik in New York zag. Een winkel opgezet door buurtbewoners, die tegen een betaalbare prijs lokaal geproduceerde producten wilden kunnen kopen. Zij zetten een coöperatie op, waarbij er contact werd gelegd met de boeren uit de omgeving, en zij bemensen zelf de supermarkt. Het voedsel dat je er kunt kopen is veel goedkoper en verser dan in de grote supermarkten. Maar je moet lid zijn, en dus ook taken verrichten in de supermarkt. Dus een dagdeel af en toe de schappen vullen, want er is geen (of nauwelijks) betaald personeel. Dat betekent dat je het met elkaar moet doen, en dat je dus op elkaar moet kunnen rekenen. Kennis van de buurt en van je buren ;-)
Nu neem ik aan dat Lankes niet pleit voor het ontslaan van bibliotheekpersoneel. Hij pleit er voor om de bibliothecaris meer in te zetten als een moderator, iemand die de gemeenschap helpt om hun toekomst te omschrijven en hem vervolgens waar te maken. Dat gaat nog weer een stap verder dan het model van Albert Boswijk die in een groeimodel de rol van de bibliothecaris ziet als die van een filosoof. Boswijk pleit voor de ontwikkeling van een aanbodgerichte bibliotheek naar een dialoog gerichte bibliotheek. De ideeën van beide heren schurken tot op zere hoogte wel tegen elkaar aan. In het model van Boswijk houdt het misschien wel op met de bibliothecaris die zijn omgeving, bezoekers van de bibliotheek leert goede vragen te stellen, vragen waarmee je voor je zelf op zoek kunt gaan naar het voor jou passende antwoord.
Lankes ziet een actieve rol voor de bibliothecaris in een gemeenschap. De bibliothecaris bespreekt met de omgeving hoe de toekomst er uit gaat zien. En als bibliothecaris zorg je er voor dat de 'community' toegerust is tot het vormen van de toekomst. Door samen aan de slag te gaan, met elkaar te praten en nieuwe kennis op te bouwen. Dat is dan toch een vorm van cooperatie, en zou je dat zo kunnen doen als bibliotheek?
Er zijn denk ik geen bibliotheken die hier op deze manier al mee aan de slag zijn. Ik ken wel enkele (kleine) initiatieven, maar die zijn niet zozeer op deze missie gestoeld. Zo zijn we in onze eigen bibliotheek met "100 talenten" bezig, waarbij we kinderen vragen wat ze zouden willen leren. En vanuit die leervraag op zoek gaan naar hoe dat het beste geleerd kan worden. We hebben in Kennemerwaard afgesproken dat we niet alle folders en posters die ons worden aangereikt meer neerleggen of ophangen. We willen heel graag een podium bieden aan wat mensen voor kennis in huis hebben. Maar om voortdurend op pad te gaan, en mensen/sprekers binnen te halen kost veel tijd en energie. Naast de al lopende samenwerking met o.a. spreekuren voor advocaten, lezingen met Historische Verenigingen, computercursussen met het Gilde, medialab cursussen met het Centrum voor de Kunsten vragen we nu aan mensen die bij ons folders willen neerleggen of ze bereid zijn tot een tegenprestatie. Namelijk het geven van een korte lezing of workshop over hun cursussen en zo dus hun kennis delen. Dat willen de meeste namelijk best wel, en zo delen ze ook al hun kennis met bezoekers van de bibliotheek, en zijn ze medeverantwoordelijk geworden voor onze programmering. Het zijn kleine voorbeelden, maar ze zijn niet gestoeld op een missie die maar enigszins lijkt op die van Lankes. Volgend jaar gaan we bezig met een nieuw beleidsplan, met een nieuwe missie... ik ben benieuwd of het maar enigszins gaat lijken op die van Lankes ;-)
woensdag 24 juli 2013
Moordenaars van Jan de Witt
Af en toe lees ik non fictie boeken over historische gebeurtenissen of figuren. Meestal komt dat doordat ik een roman heb gelezen die in een bepaalde tijd speelt, of waarin een historische figuur voorkomt. Soms volstaat een opzoekactie op Wikipedia, soms wil ik meer. En soms krijg ik een boek aangereikt door mijn lief.
Nu las ik een tijdje geleden Vrij man van Nelleke Noordervliet. In deze roman is op een gegeven moment de hoofdpersoon Menno Molenaar in dienst van Johan (Jan) de Witt. En het toeval wilde dat mijn lief het boek Moordenaars van Jan de Witt door Ronald Prud'Homme van Reine aan het lezen was. Hij vond het een lezenswaardig boek over een roerige tijd uit onze nationale geschiedenis. En omdat ik het boek van Noordervliet met veel plezier heb gelezen, hebben we overgestoken nadat we het allebei uit hadden.
Het boek over een van de eerste politieke moorden in Nederland beschrijft zo gedetailleerd mogelijk op basis van historische bronnen hoe het zo ver heeft kunnen komen. Het gaat wat ver om het een soort CSI verhaal te noemen, maar toch gaat de vergelijking redelijk op. Prud'Homme weet heel goed het beeld van het 17de eeuwse Nederland te schetsen, dat in de nadagen van de Gouden Eeuw bedreigd werd door Engeland, Frankrijk, Duitsland die allemaal een stukje van de rijkdom van de 7 provinciën wilde. Nederland is een republiek op dat moment, waar om ons heen nog koningen en keizers de dienst uitmaken, zijn bij ons de Oranjes op een zijspoor gezet.
In dit roerige Nederland is een enorme machtsstrijd aan de gang tussen de Staatsen en de Orangisten. Jan de Witt lijkt zo onkreukbaar, , dat hij moeilijk uit het zadel blijkt te wippen. Als je niet de man zelf kunt pakken, moet je misschien eerst zijn broer proberen te pakken lijkt men dan te denken in het kamp der Orangisten. En dus wordt er een schijnproces tegen Cornelis de Witt voorbereid. Hij wordt beticht van poging tot samenzwering tegen prins Willem III (de latere William met de dubbelkroon met Engeland). De complotteurs komen uit het kamp van de prins.
Prud'Homme heeft het allemaal uitgezocht, en weet aannemelijk te maken dat Willem III waarschijnlijk op de hoogte was van de plannen om de De Witten om te brengen. Dat het uit zou lopen op een gruwelijk volksgericht heeft hij niet kunnen voorzien. Maar hij heeft de schuldigen aan de moord, degene die de lijken hebben ontwijdt, niet berecht. Sterker nog, hij gaf hen goede posities ter beloning, en een levenlang een onkostenvergoeding. Daarmee creëerde hij een angstcultuur en kon hij zorgen dat in veel steden en provincies de staatsgezinden werden gedwongen het veld te ruimen uit stads- en provinciebesturen.
Voor een ieder die meer wil weten over dit bloedige stuk geschiedenis van Nederland, over de worsteling van een republiek en een koningshuis dat zijn macht ingeperkt ziet worden (ceremonieel lintjes doorknippen was er toen nog niet bij;-) een aanrader.
Nu las ik een tijdje geleden Vrij man van Nelleke Noordervliet. In deze roman is op een gegeven moment de hoofdpersoon Menno Molenaar in dienst van Johan (Jan) de Witt. En het toeval wilde dat mijn lief het boek Moordenaars van Jan de Witt door Ronald Prud'Homme van Reine aan het lezen was. Hij vond het een lezenswaardig boek over een roerige tijd uit onze nationale geschiedenis. En omdat ik het boek van Noordervliet met veel plezier heb gelezen, hebben we overgestoken nadat we het allebei uit hadden.
Het boek over een van de eerste politieke moorden in Nederland beschrijft zo gedetailleerd mogelijk op basis van historische bronnen hoe het zo ver heeft kunnen komen. Het gaat wat ver om het een soort CSI verhaal te noemen, maar toch gaat de vergelijking redelijk op. Prud'Homme weet heel goed het beeld van het 17de eeuwse Nederland te schetsen, dat in de nadagen van de Gouden Eeuw bedreigd werd door Engeland, Frankrijk, Duitsland die allemaal een stukje van de rijkdom van de 7 provinciën wilde. Nederland is een republiek op dat moment, waar om ons heen nog koningen en keizers de dienst uitmaken, zijn bij ons de Oranjes op een zijspoor gezet.
In dit roerige Nederland is een enorme machtsstrijd aan de gang tussen de Staatsen en de Orangisten. Jan de Witt lijkt zo onkreukbaar, , dat hij moeilijk uit het zadel blijkt te wippen. Als je niet de man zelf kunt pakken, moet je misschien eerst zijn broer proberen te pakken lijkt men dan te denken in het kamp der Orangisten. En dus wordt er een schijnproces tegen Cornelis de Witt voorbereid. Hij wordt beticht van poging tot samenzwering tegen prins Willem III (de latere William met de dubbelkroon met Engeland). De complotteurs komen uit het kamp van de prins.
Prud'Homme heeft het allemaal uitgezocht, en weet aannemelijk te maken dat Willem III waarschijnlijk op de hoogte was van de plannen om de De Witten om te brengen. Dat het uit zou lopen op een gruwelijk volksgericht heeft hij niet kunnen voorzien. Maar hij heeft de schuldigen aan de moord, degene die de lijken hebben ontwijdt, niet berecht. Sterker nog, hij gaf hen goede posities ter beloning, en een levenlang een onkostenvergoeding. Daarmee creëerde hij een angstcultuur en kon hij zorgen dat in veel steden en provincies de staatsgezinden werden gedwongen het veld te ruimen uit stads- en provinciebesturen.
Voor een ieder die meer wil weten over dit bloedige stuk geschiedenis van Nederland, over de worsteling van een republiek en een koningshuis dat zijn macht ingeperkt ziet worden (ceremonieel lintjes doorknippen was er toen nog niet bij;-) een aanrader.
dinsdag 23 juli 2013
Brooklyn Public Library, buurt- en welzijnswerk?
Brooklyn Public Library met bijna 60 vestigingen en een werkgebied van 2,6 miljoen inwoners werd onlangs bekroond als top-innovator, omdat zij met beperkte middelen hun openingstijden met meer dan 20% konden verruimen. De hoofdvestiging is wat sommige mensen in de branche een 'megalomaan' gebouw zouden noemen ;-) , maar waarbij de eerlijkheid gebied te vertellen dat het gebouw over de jaren heen telkens is uitgebreid. Het is niet in één keer zo groot geworden. Toch denk ik dat enige statusstrijd met de New York Public Library zeker mee heeft gespeeld in het neerzetten van dit gebouw dat wel enig ontzag inboezemt al staan er geen leeuwen voor de deur.
Het is een bibliotheek die serieus werk maakt van nieuwe programma’s, zoals Linda Johnson, de directeur van de Brooklyn Public Library stelt: "Any new library would not be are pository of books by any stretch. It's really about the programming. It's really about how to use the spaces we have to meet our patrons' needs." Het is een bibliotheek die investeert in mensen, wat o.a. tot uitdrukking komt in Workforce1 Centers, een groot samenwerkingsproject dat afgelopen jaar 400 werkzoekenden in Brooklyn aan een baan hielp.
Wat me opviel is dat de omvang van collectie in veel bibliotheken relatief beperkt is, ik vond dat in de vestigingen in Battery Park en in Queens erg opvallend. Flankerende programmering is heel erg belangrijk, programmering zit op een aantal vlakken meer op het niveau van buurt- en welzijnswerk, zoals brei-ochtenden voor Bengali sprekende vrouwen, salsalessen, bewegingslessen voor ouderen, maar ook computercursussen, hoe schrijf je een sollicitatiebrief, cursussen gezond koken. Dat sluit wel aan bij de filosofie die ik daar zelf bij heb. De collectie is een middel en geen doel op zich. Het gaat er om burgers, inwoners van je stad van de juiste informatie te voorzien. En hoe die informatie zich het best over laat brengen verschilt per doelgroep. De één is gebaat bij een goed boek, de ander met een informatieve (instructie)film en de derde help je het best met een lezing en een discussie met een expert op het terrein waar de interesse ligt. En als je mensen naar je toe wilt halen, dan zul je dus een mix van dat alles moeten aanbieden.
Daar gaan ze in Brooklyn Public Library behoorlijk ver in. De directeur vertelde ons dat ze deze zomer voor het eerst gratis lunches gaan verzorgen voor de ouders van de kinderen die mee doen aan het zomerleesprogramma. Dit om te zorgen dat de ouders, naast het feit dat hun kinderen een stimulans krijgen om te lezen (wat blijkbaar niet voor alle ouders als winst wordt gezien) ook een basale behoefte (namelijk gratis eten) wordt vervuld. Maslow in volle glorie. Zorg eerst voor een gevulde buik, voor een gevoel van veiligheid en dan pas is er voedingsbodem voor geestelijke ontwikkeling!
Hoewel ik weet dat er in Nederland ook veel gezinnen onder de armoedegrens zitten, geloof ik niet dat er snel bibliotheken een zomerleesprogramma zouden aanbieden inclusief gratis lunch voor ouders. Dat lijkt me een brug te ver. Maar een zomer(lees)programma aanbieden voor kinderen die niet op vakantie kunnen, dat lijkt me nou wel weer een goed plan!
E. Wieldraaijer |
Wat me opviel is dat de omvang van collectie in veel bibliotheken relatief beperkt is, ik vond dat in de vestigingen in Battery Park en in Queens erg opvallend. Flankerende programmering is heel erg belangrijk, programmering zit op een aantal vlakken meer op het niveau van buurt- en welzijnswerk, zoals brei-ochtenden voor Bengali sprekende vrouwen, salsalessen, bewegingslessen voor ouderen, maar ook computercursussen, hoe schrijf je een sollicitatiebrief, cursussen gezond koken. Dat sluit wel aan bij de filosofie die ik daar zelf bij heb. De collectie is een middel en geen doel op zich. Het gaat er om burgers, inwoners van je stad van de juiste informatie te voorzien. En hoe die informatie zich het best over laat brengen verschilt per doelgroep. De één is gebaat bij een goed boek, de ander met een informatieve (instructie)film en de derde help je het best met een lezing en een discussie met een expert op het terrein waar de interesse ligt. En als je mensen naar je toe wilt halen, dan zul je dus een mix van dat alles moeten aanbieden.
Daar gaan ze in Brooklyn Public Library behoorlijk ver in. De directeur vertelde ons dat ze deze zomer voor het eerst gratis lunches gaan verzorgen voor de ouders van de kinderen die mee doen aan het zomerleesprogramma. Dit om te zorgen dat de ouders, naast het feit dat hun kinderen een stimulans krijgen om te lezen (wat blijkbaar niet voor alle ouders als winst wordt gezien) ook een basale behoefte (namelijk gratis eten) wordt vervuld. Maslow in volle glorie. Zorg eerst voor een gevulde buik, voor een gevoel van veiligheid en dan pas is er voedingsbodem voor geestelijke ontwikkeling!
Hoewel ik weet dat er in Nederland ook veel gezinnen onder de armoedegrens zitten, geloof ik niet dat er snel bibliotheken een zomerleesprogramma zouden aanbieden inclusief gratis lunch voor ouders. Dat lijkt me een brug te ver. Maar een zomer(lees)programma aanbieden voor kinderen die niet op vakantie kunnen, dat lijkt me nou wel weer een goed plan!
vrijdag 19 juli 2013
Eigen initiatief van directeur niet gewenst
Afgelopen maandag zijn we weer opengegaan in onze prachtig heringerichte vestiging Alkmaar Centrum. We lopen met z'n allen te glimmen van trots en van het zweet ;-) Want het is hard werken om alle materialen die nu binnen komen te verwerken. Drie weken dicht, en van drie weken materialen uit andere vestigingen in één keer binnen krijgen. Het transporthok stond mudvol! En ondertussen willen we natuurlijk ook de klanten wegwijs maken in de vernieuwde bibliotheek. Het is even doorpakken met z'n allen.
Omdat het zo vol stond in het hok, en het gewoon leuk is om op 'de vloer' te zijn om de reacties van het publiek te horen heb ik onder andere gisteren geholpen met opruimen. Eerst voorsorteren op de karren, dat ging best goed ;-) Maar gistermiddag, overmoedig geraakt (LOL) ging ik helpen met opruimen in de werelden. In de wereld Liefde en Leven zag ik een heel raar plankje met een apart alfabet vooraan waar de boeken over filosofie begonnen. Met ook nog titels er tussen uit de godsdienstrubriek. Echt heel raar.
Dus ik dacht in mijn onschuld, nou daar heeft iemand er snel vanaf willen zijn, lekker vooraan de kast en niet goed opgelet op de symbolen. Voortvarend ging ik aan het tussenvoegen en doorschuiven. Een directeur he, die gaat gelijk over tot actie als ze denkt dat ze de oplossing heeft gevonden ;-) En vooral niet overleggen met mensen die er meer verstand van hebben. Aan het eind van de middag kwam ik trots, licht bezweet, melden bij de teamleider dat ik een pluk boeken die helemaal verkeerd in de kast stonden had tussengevoegd, en morgen het doorschuiven ging afmaken.
De teamleider: "Dat waren de biografieën. Daarvan hebben we afgesproken dat ze apart vooraan de werelden worden gezet. Omdat voor biografieën altijd aparte belangstelling is, en we in de oude opstelling ook een aparte kast ervoor hadden." DIEP DIEP ongelukkig en vervolgens hard lachend om mijn stommiteit ben ik naar huis gegaan. Vanochtend heb ik alles weer uit de kast gevist wat biografie is en er staat weer een plank biografieën vooraan de wereld Liefde en Leven. Leren van je fouten, en het zelf verbeteren!
Zo zie je maar, eigen initiatief van directeur niet (altijd) gewenst ;-)
Omdat het zo vol stond in het hok, en het gewoon leuk is om op 'de vloer' te zijn om de reacties van het publiek te horen heb ik onder andere gisteren geholpen met opruimen. Eerst voorsorteren op de karren, dat ging best goed ;-) Maar gistermiddag, overmoedig geraakt (LOL) ging ik helpen met opruimen in de werelden. In de wereld Liefde en Leven zag ik een heel raar plankje met een apart alfabet vooraan waar de boeken over filosofie begonnen. Met ook nog titels er tussen uit de godsdienstrubriek. Echt heel raar.
Dus ik dacht in mijn onschuld, nou daar heeft iemand er snel vanaf willen zijn, lekker vooraan de kast en niet goed opgelet op de symbolen. Voortvarend ging ik aan het tussenvoegen en doorschuiven. Een directeur he, die gaat gelijk over tot actie als ze denkt dat ze de oplossing heeft gevonden ;-) En vooral niet overleggen met mensen die er meer verstand van hebben. Aan het eind van de middag kwam ik trots, licht bezweet, melden bij de teamleider dat ik een pluk boeken die helemaal verkeerd in de kast stonden had tussengevoegd, en morgen het doorschuiven ging afmaken.
De teamleider: "Dat waren de biografieën. Daarvan hebben we afgesproken dat ze apart vooraan de werelden worden gezet. Omdat voor biografieën altijd aparte belangstelling is, en we in de oude opstelling ook een aparte kast ervoor hadden." DIEP DIEP ongelukkig en vervolgens hard lachend om mijn stommiteit ben ik naar huis gegaan. Vanochtend heb ik alles weer uit de kast gevist wat biografie is en er staat weer een plank biografieën vooraan de wereld Liefde en Leven. Leren van je fouten, en het zelf verbeteren!
Zo zie je maar, eigen initiatief van directeur niet (altijd) gewenst ;-)
woensdag 17 juli 2013
Superhero supply store
Deze 'winkel' is een initiatief van schrijver Dave Eggers. Opgezet om het creatieve (schrijf)talent in kinderen te ontdekken en te stimuleren. In Brooklyn, een stadsdeel waarin sommige wijken erg hip en in opkomst zijn, andere wijken kansarme inwoners heeft bijbehorende bebouwing. Eén van de bewoners van de rijke wijken is Dave Eggers, en hij heeft dit opgezet voor kinderen uit de kansarme wijken. Hij heeft een idee ontwikkeld waarmee hij de fantasie van kinderen gewoon al door de inrichting prikkelt.
Als je in de winkel komt wordt je overweldigd door de rekken waarin ze allerlei dingen tentoonstellen waarvan je gelijk moet glimlachen, grinniken en waarvan je fantasie op hol slaat. Zaken als: zwaartekracht, een tweede identiteit, een megaknal, superman capes etc etc. Allemaal zaken waarmee je een superheld kunt worden, die eigenlijk onontbeerlijk zijn als je superheld wilt worden ;-) In de ruimte achter de winkel een bibliotheek annex klaslokaal. Hier worden voor kinderen uit kansarme gezinnen schrijflessen gegeven, script schrijven, etc. De beste verhalen worden gebonden en staan tussen de ‘gewone’ boeken. Prachtig natuurlijk als je dat als kind weet te bereiken, je eigen boek rug aan rug met J.K. Rowling, John Green of een andere schrijversheld.
Het initiatief achter de winkel (door een dikke geheime deur te bereiken) wordt ondersteund door grote namen.
Gastlessen worden o.a. verzorgd door mensen uit media (Jon Stewart) en schrijverswereld (Eggers, Michael Chabon) op vrijwillige basis. Het is misschien een klein beetje vergelijkbaar met de 'schoolschrijver' al is dat betaald, op één specifieke school voor een bepaalde periode.
Ik vond het zeer inspirerend om te zien hoe de creativiteit van kinderen wordt geprikkeld. En hoe grote namen bereid zijn om zich hier aan te verbinden. En zich in willen zetten om kansarme kinderen te helpen hun taal en fantasie te verrijken. Ik kan me goed voorstellen dat het voor kinderen geweldig moet zijn om met bekende mensen van tv samen te werken, maar ook met schrijvers die hen qua naam misschien niks zeggen, die ze wel hun ervaring en creativiteit 'schenken'. Om samen met volwassenen iets moois te maken, co-creëeren. Zo wordt de wereld elke keer toch weer een stukje mooier ;-)
Als je in de winkel komt wordt je overweldigd door de rekken waarin ze allerlei dingen tentoonstellen waarvan je gelijk moet glimlachen, grinniken en waarvan je fantasie op hol slaat. Zaken als: zwaartekracht, een tweede identiteit, een megaknal, superman capes etc etc. Allemaal zaken waarmee je een superheld kunt worden, die eigenlijk onontbeerlijk zijn als je superheld wilt worden ;-) In de ruimte achter de winkel een bibliotheek annex klaslokaal. Hier worden voor kinderen uit kansarme gezinnen schrijflessen gegeven, script schrijven, etc. De beste verhalen worden gebonden en staan tussen de ‘gewone’ boeken. Prachtig natuurlijk als je dat als kind weet te bereiken, je eigen boek rug aan rug met J.K. Rowling, John Green of een andere schrijversheld.
Het initiatief achter de winkel (door een dikke geheime deur te bereiken) wordt ondersteund door grote namen.
Gastlessen worden o.a. verzorgd door mensen uit media (Jon Stewart) en schrijverswereld (Eggers, Michael Chabon) op vrijwillige basis. Het is misschien een klein beetje vergelijkbaar met de 'schoolschrijver' al is dat betaald, op één specifieke school voor een bepaalde periode.
Ik vond het zeer inspirerend om te zien hoe de creativiteit van kinderen wordt geprikkeld. En hoe grote namen bereid zijn om zich hier aan te verbinden. En zich in willen zetten om kansarme kinderen te helpen hun taal en fantasie te verrijken. Ik kan me goed voorstellen dat het voor kinderen geweldig moet zijn om met bekende mensen van tv samen te werken, maar ook met schrijvers die hen qua naam misschien niks zeggen, die ze wel hun ervaring en creativiteit 'schenken'. Om samen met volwassenen iets moois te maken, co-creëeren. Zo wordt de wereld elke keer toch weer een stukje mooier ;-)
dinsdag 16 juli 2013
Wedergeboorte van een bibliotheek
Gisteren ging onze vestiging Alkmaar Centrum na drie weken gesloten te zijn voor een herinrichting weer open. De eerste klanten kwamen wat aarzelend over de drempel "zijn jullie al open?" en kwamen daarna vlot binnen. Bijna alle klanten zijn erg enthousiast. Een enkeling zegt dat hij/zij niets meer kan vinden, en dat klopt natuurlijk ook voor onze medewerkers. Gisterenochtend hebben we, vind ik zeer hilarisch, zeker 10 minuten gezocht naar waar de woordenboeken waren gebleven. Natuurlijk bij de literatuur en cultuur, maar als je ze niet gelijk ziet staan ga je twijfelen en ergens anders zoeken. Voor de snuffelaars is het veel leuker geworden (en dat is 80% van onze klanten), voor de gerichte zoekers even wennen en daarna hopelijk weer gewend aan de nieuwe systematiek.
Veel klanten zeggen dat het groter lijkt geworden, lichter en ruimer. Vrolijker. En of we meer nieuwe boeken hebben gekregen. (Jazeker, we hebben stevig in de collectie geïnvesteerd nadat we hadden afgeschreven). De kinder- en jeugdhoek vindt men erg leuk en speels.
De mediabar en de gamingwand zien er spectaculair uit. Heel modern en lekker uitnodigend om te spelen, te ontdekken, te leren. De koffiehoek staat er al, en gaat deze week open is de verwachting. Het nieuwe meubilair voor die hoek moet nog afgeleverd worden, maar ondertussen is het al goed toeven met een krantje, een tijdschriftje en straks die lekkere cappuccino, espresso of vruchtensap.
De komende weken zetten we de puntjes op de i om helemaal klaar te zijn voor de verkiezing van de beste bibliotheek.
Het is echt een bibliotheek om trots op te zijn. Gisteren mochten we al meer dan 1.300 honderd bezoekers verwelkomen, tegenover de 900 die we gemiddeld op een maandag ontvangen. Dus kom gerust langs om hem te bekijken en zelf te oordelen of we een verleidelijke bibliotheek zijn geworden.
donderdag 11 juli 2013
Battery Park, de groenste bibliotheek van New York?
Battery Park CityLibrary is een filiaal van de New York Public Library. Gelegen op de zuidpunt van Manhattan, met een nabij gelegen oudere vestiging op ca. 500 meter lopen. Dat mag spreiding heten ;-)
Deze bibliotheek is ingericht met alleen maar gerecycled materiaal. Waar ik bij gerecycled materiaal toch vaak het gevoel krijg van 'geitenwollensokken', is er hier sprake van hoogwaardig design. Het mocht ook wel wat kosten want de bibliotheek is mede mogelijk gemaakt door gift van $ 3,1 miljoen (!) door Lohman Bank.
In de
wijk van het financiële district wordt deze bibliotheek voornamelijk bezocht
door werknemers uit de financiële dienstverlening, de “well to do” en hun
kinderen die met nanny’s komen. Ze hebben zelfs een parkeerservice voor de
kinderwagens omdat er zoveel tegelijk komen dat er een ruimtegebrek ontstaat
bij de ingang. Ze organiseren elke dag (lees)programma’s voor kinderen. En natuurlijk wordt het thema van
duurzaamheid in deze wijk breed geprogrammeerd.
Wat ik bijzonder vond om te horen is dat de bewoners van deze wijk zelf enorm hebben gelobbyd bij de NYPL en de gemeente om een extra bibliotheekvestiging. De wijk was vroeger, voor 11 september, vooral een kantorenwijk. Nu zijn er meer en meer hoogwaardige, waarschijnlijk onbetaalbare ;-) appartementen gekomen voor de werknemers van het financiële district. En deze mensen hebben dus zelf die lobby opgezet ten behoeve van een extra, met name op jeugd gerichte wijkbibliotheek. Mooi om te zien dat het dan ook gebeurt.
Het zou toch mooi zijn als zoiets hier in Nederland ook zou gebeuren. Het laatste voorbeeld dat ik ken is in ons eigen Alkmaar, waar niet zozeer de bewoners maar de gemeente ons ca. 6 jaar geleden vroeg een servicepunt voor kinderen in een Vogelaarwijk te openen. En dat wijkpunt in Overdie loopt nu inmiddels al een flink aantal jaren heel goed, en de gemeente heeft de projectsubsidie omgezet in structurele financiering.
Een ander voorbeeld is IJburg, waar de bewoners zelf een ruilbibliotheek hebben opgezet. Maar daar ontbeert dus bibliotheek Amsterdam. Geen geld vanuit het stadsdeel voor de professionele ondersteuning. Jammer. Want een bibliotheek is zoveel meer dan de collectie. Dat hebben ze in New York beter begrepen ;-)
dinsdag 2 juli 2013
Urban Impact: “REACHING UNREACHED PEOPLE GROUPS IN NEW YORK CITY”
Tussen de bedrijven door, over beter gezegd tussen de bibliotheken door, werden we tijdens ons werkbezoek ook meegenomen naar andere projecten in de stad. Deze waren in de meeste gevallen uitgezocht door Mars van Grunsven, freelance journalist in New York. Hij had een tijdje geleden in NRC next een artikel geschreven over een zeer gedreven jonge vrouw, Camille Samuel, die immigranten wil helpen.
Zij nam ons mee door de wijk Jackson Heights. Daar in een achteraf, twee hoog, klein kamertje en kantoortje verzorgt ze opvang en vooral scholing en hulp voor immigranten. Mensen die misschien nog maar net een paar dagen in de stad, in het land zijn, en die hulp nodig hebben om bepaalde zaken geregeld te krijgen. Mensen uit alle windhoeken van de wereld. Hoewel er vooral veel mensen uit Azië komen, omdat Jackson Heights nu door veel Indiërs en Benghali wordt bewoond.
Ze vertelde ons dat ze taallessen geven, hulp bij het invullen van formulieren, zoeken naar woonruimte etc. De basic needs. En ondertussen proberen ze mensen ook nog iets te vertellen over het geloof. Het christelijk geloof in dit geval. Want het is een soort zendelingswerk waarmee ze bezig zijn. Mensen helpen vanuit een diep geloof. Camille moet om dit werk te kunnen doen eerst haar eigen onderhoud geregeld hebben, dus ze heeft persoonlijk geldschieters en donateurs, giften van mensen die geloven in het goede werk dat ze doet.
Ik moet eerlijk zeggen dat ik altijd balanceer tussen ongeloof en bewondering bij dit soort mensen. Het intense vertrouwen dat het altijd goed gaat komen, ongeacht welke financiële zorgen je kunt hebben. Want 'de Heer' zorgt voor je. Ik zou het niet kunnen, en blind vertrouwen kan me soms ook irriteren.
Anderzijds kan ik diepe bewondering hebben voor mensen die zich zonder geldelijk belang inzetten voor mensen die het moeilijk hebben in deze maatschappij. Dat vind ik mooi.
De link naar het bibliotheekwerk was hier niet gelijk te vinden. Hoewel dat wat de groep evangelisten aanbiedt, ook in de meeste bibliotheken in New York wel te halen is. En dan zonder Bijbelse boodschap.
En daar ligt op een aantal vlakken ook het raakvlak met ons werk in Nederland, met name als het gaat om programma's voor laaggeletterden en immigranten/asielzoekers. Dat gebeurt bij kerken, en ook in bibliotheken. Waarbij denk ik dat het voor immigranten of asielzoekers best moeilijk zal zijn de gang naar de bibliotheek te maken. Want de bibliotheek is soms imponerender dan ze zelf denkt ;-)
Zij nam ons mee door de wijk Jackson Heights. Daar in een achteraf, twee hoog, klein kamertje en kantoortje verzorgt ze opvang en vooral scholing en hulp voor immigranten. Mensen die misschien nog maar net een paar dagen in de stad, in het land zijn, en die hulp nodig hebben om bepaalde zaken geregeld te krijgen. Mensen uit alle windhoeken van de wereld. Hoewel er vooral veel mensen uit Azië komen, omdat Jackson Heights nu door veel Indiërs en Benghali wordt bewoond.
Ze vertelde ons dat ze taallessen geven, hulp bij het invullen van formulieren, zoeken naar woonruimte etc. De basic needs. En ondertussen proberen ze mensen ook nog iets te vertellen over het geloof. Het christelijk geloof in dit geval. Want het is een soort zendelingswerk waarmee ze bezig zijn. Mensen helpen vanuit een diep geloof. Camille moet om dit werk te kunnen doen eerst haar eigen onderhoud geregeld hebben, dus ze heeft persoonlijk geldschieters en donateurs, giften van mensen die geloven in het goede werk dat ze doet.
Ik moet eerlijk zeggen dat ik altijd balanceer tussen ongeloof en bewondering bij dit soort mensen. Het intense vertrouwen dat het altijd goed gaat komen, ongeacht welke financiële zorgen je kunt hebben. Want 'de Heer' zorgt voor je. Ik zou het niet kunnen, en blind vertrouwen kan me soms ook irriteren.
Anderzijds kan ik diepe bewondering hebben voor mensen die zich zonder geldelijk belang inzetten voor mensen die het moeilijk hebben in deze maatschappij. Dat vind ik mooi.
De link naar het bibliotheekwerk was hier niet gelijk te vinden. Hoewel dat wat de groep evangelisten aanbiedt, ook in de meeste bibliotheken in New York wel te halen is. En dan zonder Bijbelse boodschap.
En daar ligt op een aantal vlakken ook het raakvlak met ons werk in Nederland, met name als het gaat om programma's voor laaggeletterden en immigranten/asielzoekers. Dat gebeurt bij kerken, en ook in bibliotheken. Waarbij denk ik dat het voor immigranten of asielzoekers best moeilijk zal zijn de gang naar de bibliotheek te maken. Want de bibliotheek is soms imponerender dan ze zelf denkt ;-)
Abonneren op:
Posts (Atom)